Oudkarspel, Sint Maartenschool. Vandaag zijn er nog drie groepen aan de beurt voor een gastles van Duo Ondersteboven. 's Ochtends groep 1/2a en groep 3b, 's middags groep 4. Als er tijdens het gesprek al heel veel lichaamsdelen benoemd zijn en er een liedje gezongen wordt over mensen wil Floris graag dat er over zijn dikke teen gezongen wordt, want die is best handig. En zo is het maar net. Groep 3b weet al best moeilijke lichaamsdelen, zoals ruggengraat, skelet en draadjes waar bloed doorheen loopt, aders dus. Juf Tineke geniet na afloop nog even na van het spel van de kinderen 'Al die fictieve dingen, de kinderen deden het gewoon en ze vonden het erg leuk. Ik ga het zelf ook met de kinderen doen!' De kinderen van groep 4 gebruiken de extra ogen erg goed. De ogen zitten overal, op de billen, het hoofd, de voeten, de ellebogen. De kinderen lopen, zoekend naar Woelie, achterstevoren als de extra ogen aan de achterkant zitten. Bij het meertje zien ze de ogen spiegelen in het water en worden ook de ogen gewassen. Als Ria en Annie aan het einde van de dag naar huis gaan komt er een meisje uit groep 4 op het schoolplein naar hun toe; 'Ik vond het een geweldig leuke voorstelling'.
 |
| Kijken met je andere ogen, 'Zie je Woelie op de berg? |
 |
| Wuppeltje, etenstijd, thuiskomen! |
De kinderen (en juf) hebben genoten van de voorstelling. Het was een mooie afwisseling van luisteren en mee doen. Een mooie afsluiting met het lied waarbij eerst één kind en later iedereen even centraal staat. Bedankt!
BeantwoordenVerwijderen